Opera Zuid
Opera Zuid
De Stichting Opera Zuid (hierna: Opera Zuid) maakt reizende operavoorstellingen voor een breed publiek. Het gezelschap presenteert opera’s, verspreid over de regio Zuid en indien mogelijk ook in het land. Opera Zuid brengt per seizoen minimaal twee grote operaproducties en een kleinere muziektheatervoorstelling op de planken. Opera Zuid profileert zich naar eigen zeggen als een gezelschap dat op een verfrissende wijze opera’s brengt in de regio en ruim aandacht besteedt aan talentontwikkeling.
Subsidieadvies
De Raad voor Cultuur adviseert Stichting Opera Zuid geen subsidiebedrag toe te kennen, tenzij de aanvrager een nieuw activiteitenplan indient dat voldoet aan de volgende voorwaarden.
- Opera Zuid gaat in dit nieuwe plan uit van twee volwaardige operaproducties.
- Het gezelschap onderbouwt zijn artistieke visie en licht de inrichting van de artistieke kwaliteitszorg duidelijk toe.
De raad maakt zich zorgen over de artistieke kwaliteit van de instelling. De raad is van mening dat Opera Zuid zich op dit moment in artistiek opzicht onvoldoende ontwikkelt en verwacht op basis van de aanvraag weinig verbetering. De raad ziet kansen voor de instelling om een artistiek steviger positie te verwerven door samenwerking met sterke partners in de Euregio en door het inrichten van een kwaliteitsproces. De raad vindt de stapeling van functies van één persoon bij Opera Zuid een onwenselijke werkwijze. De raad adviseert de minister om hierover met de instelling in gesprek te gaan.
Opera Zuid is goed geworteld in de regio Zuid, voert een passend educatiebeleid en geeft (jong) talent kansen. De raad waardeert de inspanningen van het operagezelschap om een breed publiek te bereiken.
Beoordeling
Kwaliteit
De raad is bezorgd over de artistieke kwaliteit van de producties van Opera Zuid. De muzikale en scenische kwaliteit is wisselend en kende de afgelopen periode volgens de raad te veel uitschieters naar beneden. Een inrichting van het artistieke kwaliteitsproces en de bijbehorende monitoring en evaluatie daarvan zijn weinig zichtbaar. De raad waardeert het dat Opera Zuid met weinig middelen voorstellingen kan maken voor een breed publiek en daarbij ook jong talent kansen geeft, maar verwacht van een instelling in de basisinfrastructuur een evenwichtiger kwaliteit van de kernactiviteiten. De raad betreurt het dat Opera Zuid niet zelf reflecteert op de behaalde artistieke resultaten in de periode
De raad mist in het activiteitenplan een koppeling tussen missie, visie en een uitwerking hiervan op het artistieke beleid. De aanvraag geeft in het algemeen weinig prijs over de concrete invulling van de artistieke teams, en ook ontbreken gefundeerde argumenten voor de keuzes van de verschillende opera’s op het programma. De raad vindt het wel prijzenswaardig dat Opera Zuid per seizoen één werk van een Nederlandse componist wil uitbrengen.
Opera Zuid vermeldt allerlei samenwerkingspartners in de aanvraag. De raad juicht samenwerking met andere (opera)gezelschappen toe, maar twijfelt eraan of de genoemde partners – uitgezonderd philharmonie zuidnederland – de juiste zijn om bij te dragen aan het artistieke niveau van de operavoorstellingen. De raad ziet meer kansen in samenwerking met partners in de Euregio. Daarnaast verwacht de raad afstemming met de Nederlandse Reisopera over speeldata en repertoire.
De raad waardeert de inspanningen die Opera Zuid verricht op het gebied van talentontwikkeling. De raad mist wel een solide inrichting van het kwaliteitsproces en de externe begeleiding, en wil graag weten hoe het eigen traject zich verhoudt tot lokale, regionale en landelijke partners.
De raad vindt de oprichting van een operastudio, samen met De Nationale Opera en de Nederlandse Reisopera, een stap voorwaarts, maar mist een concrete uitwerking van de rol van Opera Zuid in deze operastudio. De raad wil meer weten over de wijze van werven, selecteren (voor rollen) en begeleiden, en over de bijdragen van de verschillende partners.
De raad meent dat de instelling het artistieke beleid beter moet kunnen onderbouwen en het kwaliteitsproces van het operagezelschap en zijn talentontwikkelingstrajecten moet voorzien van heldere kaders. Alleen op die manier gaat het gezelschap een duurzame toekomst tegemoet. Om deze kwaliteitsslag met dezelfde middelen te kunnen maken, adviseert de raad om in het nieuwe activiteitenplan voor de komende periode uit te gaan van twee volwaardige operaproducties met begeleiding door philharmonie zuidnederland in plaats van twee grote producties en één kleinere.
Educatie en participatie
Opera Zuid besteedt relatief veel aandacht aan educatie en participatie en weet de verschillende doelgroepen goed in kaart te brengen. De instelling heeft een uitgebreid netwerk van partners die met elkaar werken aan kennismaking, enthousiasmering en verbinding van jong publiek met de opera. De activiteiten zijn behoorlijk arbeidsintensief en vragen veel van een relatief kleine organisatie. De meerwaarde is dat Opera Zuid mede door educatie een breed publiek kan bereiken en dat het operagezelschap door de educatieactiviteiten werkt aan verankering in de omgeving.
Maatschappelijke waarde
Publieksbereik
De raad heeft waardering voor de pogingen van Opera Zuid om een jonger publiek te bereiken. Het baart de raad wel zorgen dat de gemiddelde zaalbezetting substantieel is gedaald en dat Opera Zuid in de komende periode een daling van de publieksinkomsten verwacht. Opvallend is dat Opera Zuid juist een toename van het aantal bezoekers verwacht, een lichte groei van bijna 29.000 bezoekers in 2014 tot ruim 30.000 in 2020, terwijl het aantal gratis bezoeken op 10.000 blijft staan. Opera Zuid wil ook een diverser publiek bereiken. De specificatie van de publieksgroei en de publieksdiversiteit wordt onvoldoende onderbouwd en komt niet overeen met de dalende publieksinkomsten in de begroting.
Ondernemerschap
De raad vindt het ondernemerschap van Opera Zuid op een aantal punten zorgelijk. Het gezelschap is in de afgelopen subsidieperiode overgestapt van een tweekoppige directie naar een model met één intendant, die zakelijk en artistiek verantwoordelijk is én het artistieke team van zangers en regisseurs begeleidt en geregeld in de eigen producties optreedt. Daarmee is Opera Zuid nu zowel artistiek als operationeel te veel afhankelijk van en vereenzelvigd met één persoon. De raad vindt dit model onwenselijk en adviseert de minister hierover in gesprek te gaan met de instelling.
Opera Zuid heeft vanaf 2013 ingeteerd op het eigen vermogen. De financiële positie van Opera Zuid is nog stabiel, maar bij tegenvallende baten bestaat het risico dat het gezelschap de activiteiten niet langer kan voortzetten. De strategie bij tegenvallende inkomsten is weinig uitgewerkt. In de komende periode is Opera Zuid voor meer dan 70 procent afhankelijk van subsidie; in de aanvraag staan geen toezeggingen van provinciale en gemeentelijke overheden.
In de aanvraag gaat Opera Zuid onvoldoende in op personeelsbeleid en werk- en opdrachtgeverschap voor zangers en regisseurs. Daarnaast is in de aanvraag is niet uitgewerkt hoe Opera Zuid de Governance Code Cultuur naleeft.
Opera Zuid
Opera Zuid
Aanvullend advies
14 juli 2016
In een reactie op het advies stelt Opera Zuid vragen bij enkele constateringen en kritiekpunten van de raad. De instelling merkt op dat de samenwerkingsverbanden met De Nationale Opera en de Nederlandse Reisopera wel degelijk zijn omschreven in de aanvraag. De raad benadrukt dat zijn advies om met betrekking tot speeldata en repertoire afstemming te bereiken met de Nederlandse Reisopera voortvloeit uit zijn monitoring van de prestaties van Opera Zuid (en de andere operagezelschappen) in de afgelopen periode. Hij heeft kennisgenomen van de samenwerkingsplannen en ziet uit naar de vertaling daarvan in de praktijk.
Ook is Opera Zuid het oneens met de geschetste ontwikkelingen in het publieksbereik. De raad schrijft dat de gemiddelde zaalbezetting substantieel is gedaald: in 2013 bedroeg de zaalbezetting volgens de raad 60 procent en het jaar daarna 47 procent. Volgens Opera Zuid bleef het gemiddelde aantal betalende bezoekers per voorstelling echter gelijk; de instelling spreekt van 712 bezoekers in 2013 en 758 in 2014. De raad merkt op dat deze aantallen alle bezoekers betreffen – betaald en gratis – aan reguliere binnen- en buitenlandse voorstellingen plus schoolvoorstellingen. Voor de bezettingsgraad kijkt hij echter naar het totale aantal betalende bezoekers aan reguliere, binnenlandse voorstellingen. In 2013 trok Opera Zuid gemiddeld 522 betalende bezoekers per voorstelling, in 2014 waren dat er 386. Het grote verschil kan worden verklaard door een grote gratis openluchtvoorstelling die in beide jaren veel bezoekers trok. Uiteraard heeft de raad waardering voor het grote aantal gratis bezoekers dat Opera Zuid heeft gehaald.
De opmerking van de raad dat de publieksgroei niet overeenkomt met de dalende publieksinkomsten in de begroting is volgens Opera Zuid in tegenspraak met wat er in het activiteitenplan staat. Opera Zuid zegt een toename van het aantal bezoekers te verwachten van 25.000 per jaar in de huidige BIS-periode tot meer dan 30.000 in 2020. Ook in de begroting zou gerekend zijn met een lichte stijging van publieksinkomsten. De raad ziet dit echter niet terug in de aangeleverde cijfers; hij constateert een verschil tussen het activiteitenplan en de aangeleverde begroting. Daarin nemen de bezoekersaantallen toe van gemiddeld ruim 28.000 in
Opera Zuid nuanceert de constatering van de raad dat Opera Zuid is overgestapt van een tweekoppige directie naar een model met een intendant, die zakelijk en artistiek verantwoordelijk is. Opera Zuid legt uit dat de intendant samen met de zakelijk manager het managementteam vormt. De raad is daarvan op de hoogte. Hij waarschuwt echter voor een situatie waarin de intendant te veel bevoegdheden en functies heeft en vraagt de raad van toezicht in de toekomst scherp toe te zien op de scheiding van bestuurlijke, zakelijke en artistieke verantwoordelijkheden.
Opera Zuid noemt de constatering van de raad dat er in de aanvraag geen toezeggingen staan van provinciale en gemeentelijke overheden een misverstand, omdat de instelling deze bedragen wel heeft opgenomen in de begroting. Er is hier echter geen sprake van een misverstand; de bedragen zijn weliswaar opgenomen in de begroting en het activiteitenplan, maar ze zijn nog niet door provincie en gemeente toegezegd. Opera Zuid wijst er terecht op dat toekenningen procedureel pas kunnen volgen na de definitieve besluitvorming van de minister. De raad erkent dat dit een probleem is waarmee veel BIS-instellingen te kampen hebben.
De reactie van Opera Zuid is voor de Raad voor Cultuur geen aanleiding zijn advies te herzien. De raad kijkt uit naar het nieuwe activiteitenplan van de instelling.
Opera Zuid
Opera Zuid
Aanvullend advies
2 december 2016
De raad heeft op 19 mei 2016 geadviseerd Stichting Opera Zuid geen subsidiebedrag toe te kennen, tenzij wordt voldaan aan een aantal voorwaarden. De minister heeft dit advies overgenomen. In haar subsidiebeschikking van 20 september 2016 heeft zij de instelling verzocht een aangepast activiteitenplan in te dienen dat voldoet aan de volgende eisen:
- Het plan gaat uit van twee volwaardige operaproducties.
- Het plan bevat een onderbouwing van de artistieke visie van Opera Zuid en geeft een duidelijke toelichting op de inrichting van de artistieke kwaliteitszorg.
In dit advies beoordeelt de raad of de instelling aan deze eisen heeft voldaan. Voor het overige handhaaft hij zijn beoordeling van 19 mei en 14 juli 2016.
Conclusie
De Raad voor Cultuur is van oordeel dat Stichting Opera Zuid met haar aangepaste plan heeft voldaan aan de gestelde eisen.
Opera Zuid legt de raad een helder plan voor om zich de komende vier jaar artistiek scherper te profileren. De instelling reflecteert kritisch op het eigen functioneren in het verleden en koerst aan op een aanscherping van het artistieke profiel. Hierbij toont ze zich bewust van de omgeving waarin ze opereert: haar collega-operahuizen, het overige muziektheateraanbod in Zuid-Nederland en het publiek in de zuidelijke regio.
In zijn vorige advies was de raad kritisch over de wijze waarop de functie van intendant bij Opera Zuid is georganiseerd. Hierna werd bekendgemaakt dat de huidige intendant zich eind december 2016 terugtrekt uit de organisatie. Er is een intendant ad interim aangesteld, met wie een nieuw plan is ontwikkeld. Hierin creëert Opera Zuid een raamwerk waarin hij enkele duidelijke hoofdlijnen uitzet voor zijn toekomstige artistieke beleid, dat voorziet in voldoende speelruimte voor de nieuwe intendant.
Beoordeling
Kwaliteit
In zijn advies van 19 mei 2016 adviseerde de raad Opera Zuid niet meer dan twee opera’s per seizoen in het programma op te nemen. Het aangepaste plan voorziet daarin. De raad waardeert het voornemen om daarnaast eens per twee, drie jaar ‘Opera Zuid pakt uit’ te organiseren: een grote productie waarvoor de organisatie extra fondsen werft, extra menskracht inzet en samenwerkt met andere partijen. Dit lijkt de raad een passende ambitie, waarmee het gezelschap zich sterker kan profileren in de Limburgse en Brabantse regio.
In zijn plan schrijft Opera Zuid opera’s in het repertoire te willen opnemen die doorgaans niet door andere BIS-gezelschappen worden gekozen. Dit voornemen spreekt de raad aan, maar hij merkt op dat dit nog niet blijkt uit de programmering voor de twee eerstkomende seizoenen, met onder andere ‘Carmen’ en ‘Manon Lescaut’. Het plan vermeldt nadrukkelijk dat de titels definitief worden vastgesteld in samenspraak met de nieuwe intendant. De raad spreekt de wens uit dat deze naast het geijkte repertoire ook een iets verrassender programmering aandurft, bijvoorbeeld door nieuw werk te presenteren van Nederlandse componisten. Opera Zuid bewees de afgelopen jaren onder de aftredende intendant hiermee goed uit de voeten te kunnen; de raad ziet deze eigenzinnigheid de komende periode graag terug.
Opera Zuid wil zich de komende periode anders organiseren. Een ingrijpend voornemen is om het huisensemble op te heffen en per productie het artistieke team en de vocale cast te kiezen. De raad staat hier positief tegenover, omdat het kan bijdragen aan betere castings en een hogere uitvoeringskwaliteit.
In samenhang met voornoemd plan presenteert Opera Zuid een aangescherpt beleid voor het begeleiden van jong talent. Het gezelschap stopt met het interne leertraject voor jong talent en schrijft voor zangers audities uit waarbij ook experts van buitenaf worden aangetrokken. Ook dit vindt de raad een aansprekend voornemen. Volgens de raad kent het operalandschap in Nederland een grote aanwas aan talent, dat op deze manier een goede opstap kan maken naar de professionele opera.
De voorgenomen samenwerking met De Nationale Opera, de Nederlandse Reisopera, het Conservatorium Maastricht en de Fontys Hogeschool Tilburg geeft volgens de raad een meerwaarde aan het talentontwikkelingscircuit in Nederland. Hij kijkt in dit kader uit naar het verder uitgewerkte plan voor de Opera Studio van de drie operagezelschappen in de BIS en ziet op termijn ook graag de gespecificeerde plannen tegemoet voor de European Opera Academy (in samenwerking met het Conservatorium Maastricht).
De raad is verder verheugd over de wijze waarop Opera Zuid de samenwerking met de andere operagezelschappen in de BIS, met philharmonie zuidnederland en met (Eu)regionale samenwerkingspartners uitwerkt. Hij ziet vooral uit naar de aangescherpte afstemming van programmering en bedrijfsvoering met de Nederlandse Reisopera, omdat hij kansen ziet voor een verdere toenadering tussen beide gezelschappen in de toekomst. Het verbaast de raad dat VIA ZUID als samenwerkingspartner ontbreekt in de plannen, omdat hij dit productiehuis bij uitstek een organisatie vindt om te bemiddelen tussen jong talent en kunstproducerende instellingen in de zuidelijke regio.
Maatschappelijke waarde
Ondernemerschap
De raad oordeelt positief over de wijze waarop de organisatie het aantreden van een nieuwe intendant voorbereidt. Hij heeft vertrouwen in de samengestelde selectiecommissie en in het geformuleerde profiel. Op basis hiervan verwacht de raad dat er een gekwalificeerde intendant wordt aangetrokken met een goede visie op coaching, rolbezetting, repertoire en bedrijfsvoering.
De benoeming van de intendant is volgens het plan voorzien in de periode april-juni 2017. Dit vindt de raad nogal laat, omdat een van de eerste taken van de intendant immers is de programmering voor het seizoen 2018 – 2019 vast te stellen. De raad zou graag zien dat al in het eerste kwartaal van 2017 een nieuwe intendant wordt aangewezen.
De nieuwe intendant wordt als directeur-bestuurder verantwoordelijk voor het artistieke en zakelijke beleid. Hij of zij wordt bijgestaan door een zakelijk manager die de dagelijkse leiding heeft over de ondersteunende diensten op kantoor. Ook wordt een productieleider aangetrokken om de producties gelijkmatiger te laten verlopen en de interne samenwerking te verbeteren. Het is de raad niet duidelijk of de nieuwe intendant de mogelijkheid krijgt zelf een managementteam samen te stellen. Voor het succesvol uitvoeren van de opdracht is het van belang dat de intendant hier (mede) de hand in heeft.
De raad constateert in het aangepaste plan een voortvarende omgang met de raad van toezicht. Die zal zich op een nieuwe wijze positioneren, onder andere door de toetreding van twee experts uit de operasector. Opera Zuid gaat beknopt in op de wijze waarop het toezicht binnen de organisatie is verankerd. De raad adviseert de raad van toezicht om in goed overleg met de nieuwe intendant te zorgen voor een beter artistiek, zakelijk en bestuurlijk evenwicht, en de intendant hierin waar mogelijk en nodig te ondersteunen.
Opera Zuid
19.05.2016
14.07.2016
02.12.2016