Paradiso Melkweg Productiehuis

Paradiso Melkweg Productiehuis

Stichting Paradiso Melkweg Productiehuis (hierna: Paradiso Melkweg Productiehuis) is een productiehuis in Amsterdam ‘waar getalenteerde muzikanten, makers en kunstenaars de ruimte krijgen hun artistieke handtekening (verder) te ontwikkelen door het produceren van innovatief, genre-overstijgend aanbod voor het pop- en festivalcircuit’. Het kerndoel is de ontwikkeling van talent; als nevendoelstelling formuleert Paradiso Melkweg Productiehuis genre- en conceptontwikkeling. De voorstellingen worden gespeeld op podia en festivals, passend bij de maat en schaal van de productie. Paradiso Melkweg Productiehuis verzorgt maatwerk met betrekking tot het artistieke proces, het eindproduct, de speelplekken, het publiek en de financieringsmiddelen.

Subsidieadvies

De Raad voor Cultuur adviseert Stichting Paradiso Melkweg Productiehuis geen subsidie toe te kennen.

De raad vindt dat Paradiso Melkweg Productiehuis een goede manier heeft gevonden om autonome artiesten vlieguren te laten maken. De afgelopen jaren werd een aantal aansprekende bands en musici begeleid, voor een groter publiek dan werd beoogd. De raad meent echter dat de artistieke focus van Paradiso Melkweg Productiehuis, met zijn nadruk op (pop)muziek, te smal is voor een plek in de basisinfrastructuur. Enkele elementen in de aanvraag, zoals de op te richten redactieraad, vindt hij onvoldoende uitgewerkt. Ook vindt hij de output van Paradiso Melkweg Productiehuis te klein voor een productiehuis in de basisinfrastructuur. In het netwerk van Paradiso bevinden zich voornamelijk presentatieplekken en op het gebied van educatie en participatie ontplooit Paradiso Melkweg Productiehuis geen activiteiten.

Over de financiële situatie van Paradiso Melkweg Productiehuis, een kleine organisatie die veel gebruikmaakt van werknemers van Paradiso en de Melkweg, oordeelt de raad positief. De raad waardeert de uitvoerige wijze waarop de naleving van de Governance Code Cultuur in het plan is uitgewerkt.

Beoordeling

Kwaliteit

De raad vindt dat Paradiso Melkweg Productiehuis een frisse kijk op talentontwikkeling aan de dag legt door autonome artiesten, die interdisciplinair en sectorbreed willen werken, vlieguren te bieden. De raad merkt op dat Paradiso Melkweg Productiehuis zijn nek uitsteekt voor experimentele makers die programmeurs (nog) niet durven boeken vanwege de risico’s die daarmee gepaard gaan. De afgelopen jaren werd er een aantal aansprekende artiesten begeleid, van wie sommigen een (inter)nationale uitstraling bereikten, zoals My Baby en Rita Zipora.

Het feit dat Paradiso Melkweg Productiehuis (pop)muziek verbindt aan video, dans, digitale kunst en andere disciplines vindt de raad aantrekkelijk. De output vindt hij echter vrij laag, met vijf producties (waaronder één coproductie) in 2017 en zeven producties (waaronder twee coproducties) in 2020. Daarnaast meent hij dat op artistiek vlak de coaching achterloopt op de stevige productionele begeleiding. Talenten worden door twee (vanaf 2017 drie) creatieve producenten onder hun hoede genomen en alvorens te gaan produceren worden belangrijke zaken als mediapartners, coproducenten, financieringsmix en speelplekken geregeld. Dit model vindt de raad sterk, maar hij mist aandacht voor de manier waarop talent in artistiek opzicht wordt ondersteund.

De raad is positief over de manier waarop Paradiso Melkweg Productiehuis talenten scout op rock- en popafdelingen van conservatoria, de performanceopleiding van de Toneelacademie Maastricht en in het eigen netwerk. Het voornemen om per 2018 met een redactieraad te gaan werken van programmeurs en labels in het land vindt de raad onvoldoende uitgewerkt. Hij kan zich op basis van het prille karakter van deze plannen geen beeld vormen van het effect dat deze werkwijze sorteert op de selectie en begeleiding van talent. Hetzelfde geldt voor het feit dat Paradiso Melkweg Productiehuis nog geen projecten noemt voor de periode 2017 – 2020.

De raad vindt dat Paradiso Melkweg Productiehuis een goed netwerk aan het opbouwen is met Amsterdamse, landelijke en internationale partners. Daarbij valt echter op dat vooral met podia en festivals (presentatieplekken) wordt samengewerkt en nauwelijks met andere artistieke producenten. De instelling meldt dat ze waar mogelijk coproduceert of samenwerkt met de andere Amsterdamse productiehuizen Frascati en Dansmakers, maar hiervan vindt de raad geen voorbeelden in het plan.

Educatie en participatie

De raad kan uit de plannen niet opmaken of Paradiso Melkweg Productiehuis activiteiten op het gebied van educatie en participatie ontplooit. Aangezien dit een van de beoordelingscriteria is, beschouwt de raad het als een gemis in de aanvraag dat Paradiso Melkweg Productiehuis hier geen toelichting op geeft. Hij meent dat muziek zich bij uitstek leent voor een aantrekkelijk educatie- of participatiebeleid.

Maatschappelijke waarde

Publieksbereik

De afgelopen jaren heeft Paradiso Melkweg Productiehuis een groter publiek getrokken dan werd beoogd. Het aantal bezoekers varieerde van ruim 4.700 in 2013 tot bijna 27.000 in 2014, respectievelijk 100 en 180 bezoekers per voorstelling. De grote uitschieter in 2014 wordt niet toegelicht. 1 Het is niet duidelijk waarom het productiehuis de komende periode een geleidelijke afname van het aantal bezoekers per voorstelling verwacht, tot 79 in 2020 (8.700 in totaal). Zowel het aantal beoogde bezoekers per voorstelling in de eigen standplaats als dat daarbuiten neemt af. Dit is niet in lijn met de uitgesproken wens om het bestaande publiek te vergroten.

Paradiso Melkweg Productiehuis neemt zich voor om te werken aan het draagvlak voor zijn onbekende, vaak experimentele aanbod, met name buiten Amsterdam. De instelling heeft hiervoor een landelijke redactieraad opgezet met een aantal belangrijke poppodia in het land. Deze samenwerking gaat in 2018 van start. De raad kan zich uit de summier uitgewerkte plannen geen beeld vormen van het mogelijke effect dat deze samenwerking sorteert op het publieksbereik. Uitgaande van de voorgenomen bezoekersaantallen constateert hij echter dat de ambities van Paradiso Melkweg Productiehuis op dit terrein te gering zijn.

De marketingmiddelen die Paradiso Melkweg Productiehuis presenteert om het aanbod bekend en geliefd te maken bij het publiek, lijken de raad doeltreffend.

Ondernemerschap

Paradiso Melkweg Productiehuis is een zelfstandige organisatie binnen Paradiso Research&Development, net als onder andere Likeminds, Sonic Acts en de Grote Prijs van Nederland. Het heeft 1,4 fte aan personeel in dienst, in de komende periode uit te breiden tot 2,2 fte. Het maakt verder gebruik van programmeurs, technici, productieleiders, publiciteitsmedewerkers en managers van Paradiso en de Melkweg.

Financieel staat Paradiso Melkweg Productiehuis er redelijk voor. Er is sprake van een goede financieringsmix en de eigen inkomsten zijn voldoende. Paradiso Melkweg Productiehuis ontving in de periode 2013 – 2016 structurele subsidies van de gemeente Amsterdam en het Fonds Podiumkunsten. Omdat het weerstandsvermogen aan de lage kant is, is niet zeker of de voorgenomen activiteiten kunnen worden voortgezet bij tegenvallende inkomsten. Er is echter een afspraak dat de moederorganisatie in dat geval ondersteuning kan bieden, al vraagt de raad zich af of die steun volstaat wanneer het productiehuis geen structurele subsidie toegekend krijgt.

Paradiso Melkweg Productiehuis werkt met een raad-van-toezichtmodel en onderneemt volgens de Governance Code Cultuur. Er is een gefaseerd rooster van aftreden opgesteld voor de drie leden van de raad van toezicht. Gestreefd wordt naar een evenwichtige mix van man, vrouw, jong, ervaren; ook op culturele diversiteit wordt gelet.

Mogelijk kan deze worden toegeschreven aan het feit dat BOKKO in 2014 een (inter)nationale festivalhit werd.

Paradiso Melkweg Productiehuis

Paradiso Melkweg Productiehuis

Aanvullend advies
14 juli 2016

Paradiso Melkweg Productiehuis vraagt zich in zijn reactie af waarom de raad het een probleem vindt dat de artistieke focus van het productiehuis te smal is; het merkt op dat het zich richt op de interdisciplinaire maker binnen de gehele popcultuur. De raad benadrukt dat hij zeker niet van mening is dat de artistieke focus van de instelling te smal is om als productiehuis succesvol te kunnen functioneren. Hij heeft echter gekozen voor drie productiehuizen in de BIS met een bredere artistieke focus. Dit licht hij toe in het inleidende hoofdstuk dat voorafgaat aan de beoordelingen van de aanvragende productiehuizen.

Paradiso Melkweg Productiehuis stelt dat er op dit moment geen enkele instelling in de BIS is opgenomen die zich op (pop)muziek richt. Voor de periode 2013 – 2016 is dit juist, maar voor de periode 2017 – 2020 adviseert de raad De Nieuwe Oost als productiehuis op te nemen, waarvan onder andere Productiehuis Oost-Nederland deel uitmaakt. Dit productiehuis richt zich met name op popmuziek.

Op de opmerking van de raad dat hij de output van Paradiso Melkweg Productiehuis vrij laag vindt, werpt de instelling tegen dat zij voor zichzelf een realistisch groeimodel heeft ontwikkeld, waarbij iedereen marktconform wordt betaald. De raad heeft waardering voor deze werkwijze. Zijn opmerking dat de output te laag is, moet worden gezien in het licht van de afweging tussen de aanvragende productiehuizen onderling. De raad heeft gekozen voor enkele productiehuizen met een grotere output.

Paradiso Melkweg Productiehuis wijst de raad erop dat de constatering niet juist is dat de coaching op artistiek vlak achterloopt op de stevige productionele begeleiding. De raad heeft zich voor zijn indruk gebaseerd op de aanvraag, waarin in grote mate aandacht wordt besteed aan de productionele begeleiding en nauwelijks aan de wijze waarop talent artistiek wordt bijgestaan. De raad had hierover graag meer gelezen.

Naar aanleiding van de kritiek van de raad dat het voornemen om met een redactieraad te werken nog onvoldoende is uitgewerkt, zegt Paradiso Melkweg Productiehuis het ongeloofwaardig te vinden om hier al een kant en klaar voorstel te kunnen doen, terwijl het idee nog pril is. De raad heeft hiervoor begrip, maar heeft in zijn afweging gekozen voor productiehuizen waarvan de plannen in een minder pril stadium verkeren.

De constatering van de raad dat Paradiso Melkweg Productiehuis vooral samenwerkt met presentatieplekken weerspreekt de instelling. Zij noemt nogmaals de organisaties waarmee op artistiek vlak wordt samengewerkt: de Grote Prijs van Nederland, Orkater, Likeminds, Dansmakers, Excelsior Recordings en Conservatorium Amsterdam. De raad vindt dit goede keuzes. De opmerking in zijn advies vloeit voort uit de geringe aandacht die in de aanvraag is besteed aan de aard en de vorm van deze samenwerkingen.

Paradiso Melkweg Productiehuis kan zich niet vinden in de opmerking van de raad over de geleidelijke afname in publieksbereik. Hij wijst erop dat de bezoekersaantallen op nieuwe locaties niet direct op het niveau zitten van de bestaande speelplekken. De raad erkent dat hij op dit punt iets te stellig is geweest en spreekt het vertrouwen uit dat Paradiso Melkweg Productiehuis ook op de nieuwe locaties zijn publiek zal weten op te bouwen.

De opmerking van de raad dat Paradiso Melkweg Productiehuis er financieel redelijk voorstaat en dat de eigen inkomsten voldoende zijn, stuit op weerstand; de instelling realiseerde in de jaren 2013 – 2015 een gemiddeld eigen inkomstenpercentage van 99,7 procent. De raad vindt de kritiek van Paradiso Melkweg Productiehuis terecht; hij erkent dat de gekozen formulering te voorzichtig is want de instelling heeft een zeer goed eigen inkomstenpercentage behaald en staat er financieel goed voor. Hetzelfde verwacht hij voor de komende periode.

Ten slotte is Paradiso Melkweg Productiehuis het niet eens met het oordeel van de raad dat het weerstandsvermogen aan de lage kant is. Paradiso Melkweg Productiehuis zegt dat het in zijn aanvraag heeft aangegeven dat het per project de juiste financieringsmix zoekt, waardoor er altijd kostendekkend kan worden geproduceerd. De raad merkt op dat dit echter geen graadmeter is voor het weerstandsvermogen van de organisatie.

Hij berekent het weerstandsvermogen door het eigen vermogen te delen door de totale baten. Dan kan worden geconstateerd dat het weerstandsvermogen van Paradiso Melkweg Productiehuis in 2013 en 2014 aan de lage kant was. De raad oordeelt hiermee niet over de vraag of en in hoeverre Paradiso Melkweg Productiehuis een risico loopt op tegenvallende baten.

De Raad voor Cultuur ziet in de reactie van Paradiso Melkweg Productiehuis geen aanleiding het advies te herzien.